Biografie van een pionier, één van de belangrijkste grondleggers van de elektrotechnische industrie in Nederland.
Bron: Archief Brush HMA Ridderkerk
(Willem Benjamin Smit 09-11-1860 - 20-08-1950)
Smit, Willem, Benjamin Johzn., (Slikkerveer, Gemeente Ridderkerk) 09 november 1860 – (Slikkerveer) 20 augustus 1950. Ouders: Johannes Smit (1839-1921), Klinknagel fabrikant, en Adriana Geerardina Diepeveen (1838-1912). Religie: Protestant. Opleiding: Lagere school.
Woonplaats: Ridderkerk. Gehuwd met: Kornelia Geertruida Smit (1872-1970) op 27-04-1893 te Krimpen aan de Lek. Kinderen: drie dochters en een zoon. Adriana Gerardina, Emma, Henriette en Frank Smit. Onderneming: Electrisch-Licht-Machinenfabriek (Smit Slikkerveer/ het latere Brush HMA Ridderkerk). Stichter van Willem Smit & Co. Electromotorenfabriek te Dordrecht (later EMF Dordt) in 1911 en van Willem Smit & Co's Transformatorenfabriek N.V. (Smit Nijmegen) in 1913.
Genealogie familie Pot en familie Smit / geboorteakte Willem Benjamin Smit./ stamboom Willem Benjamin Smit / Stamboom Adriaan Pot
Autodidact
Willem Smit is een directe afstammeling van de bekende industriële dynastie met dezelfde achternaam in Slikkerveer en Kinderdijk.
Zijn vooropleiding is eigenlijk zeer beperkt. Tot zijn dertiende gaat hij naar de lagere school in Bolnes, daarna nog een paar jaar op de school van de heer Gorter aan de Glashaven in Rotterdam. Na het plotselinge overlijden van deze leraar in 1877 blijft de schooldeur dicht en gaat Willem een korte tijd werken voor een sloepenbouwer (Bothof) alvorens hij in 1878 in het bedrijf van zijn vader begint om praktijkervaring op te doen.
Zijn vader Johannes heeft in 1869 een fabriek opgericht om machinaal breeuwwerk te verrichten en tussen 1875 – 1880 wordt dit bedrijf uitgebreid met de productie van klinknagels en zo ontstaat een goed lopende klinknagelfabriek. Maar klinknagels hebben niet Willem’s interesse. Zijn belangstelling gaat uit naar de elektriciteit en haar toepassingen. Hij experimenteert met buitenlandse instrumenten, inductieklossen en al wat er in die jaren zo al aan primitieve apparaten te vinden was. Samen met de machinist van de stoommachine van de Klinknagelfabriek, P. Kooiman bouwt hij een eigen dynamo (generator). De plaatselijke hoefsmid verleent de nodige assistentie. Een deel is smeed werk verder wordt tuigleer als isolatie materiaal gebruikt. Bij gebrek aan kennis lukt het in eerste instantie niet om spanning op te wekken, later lukt dit wel en de eerste Nederlandse dynamo was geboren!
Nederland loopt in deze periode achter bij andere landen en het ontbreekt overal aan kennis en goede opleidingen. In de landen om ons heen ontwikkelen zich de eerste industrieën die goederen in massa kunnen produceren.
Het huis aan de Reijerwaardsche dijk, waar Willem Smit zijn jeugd heeft doorgebracht. Het huis is in 1922 door N.V. ELectrotechnische Industrie voorheen Willem Smit & Co. gekocht en verbouwd tot gieterij (gebouw P).
De eerste dynamo van Nederlands fabricaat
Voor Willem zit er niets anders op dan zijn informatie te halen uit Nederlandse week- en maandbladen aangevuld met een abonnement op een Engels tijdschrift. Door een tekort aan theoretische kennis gaat zijn eerste constructie in vlammen op. In het voorjaar van 1878 raadpleegt hij het pas verschenen Duitse handboek “Die magnet-und dynamo-elektrischen Maschinen”, na veel geëxperimenteer komt hij er achter dat het magnetisch circuit eerst voor bekrachtigd moet worden om spanning op te wekken, waarna het hem lukt een bruikbare dynamo te construeren.
Hij is dan pas 18 jaar en heeft feitelijk de eerste werkende dynamo in Nederland gemaakt. Het moet hem zeer veel tijd en moeite gekost hebben de Engels en Duitstalige boeken te bestuderen, talenkennis had hij immers niet of nauwelijks.
Eigen werkplaats/elektrische verlichting Klinknagelfabriek (1880)
Tussen 1878 en 1880 krijgt hij een eigen werkplaats binnen de Klinknagelfabriek van zijn vader zodat Willem zich kan uitleven op zijn dynamo. Hij bouwt een tweede dynamo die een verbeterde uitgave van de eerste is en sluit hierop een booglamp aan waarmee hij de klinknagelfabriek van zijn vader verlicht. Met belangstelling worden zijn experimenten met elektrische machines en verlichting gevolgd. Familieleden industriëlen zijn zeer enthousiast en geven hem een steuntje in de rug door hem een soortgelijke opdracht te geven. Zijn eerste opdracht krijgt hij van zijn oom Jan Diepeveen van ketelmakerij Diepeveen, Lels & Smit in Kinderdijk. Daar installeert hij twee dynamo’s (type Gramme) die booglampen voeden om de fabriek van elektrische verlichting te voorzien. Kort daarop volgen bestellingen van de werven J&K Smit en L Smit & Zn ook allen uit Kinderdijk en ook familie.
Tussen 1880 en 1882 verzorgt hij ook verlichting op de werf van Wilton Feyenoord in Rotterdam en de landbouwtentoonstellingen Veendam en Bergen op Zoom. Hij is dan nog steeds in dienst van zijn vader. Op 12 april 1882 word in het dorp Ridderkerk het elektrisch licht geïntroduceerd. In de Sociëteit van St. Joris te Ridderkerk brandt een enkele booglamp van 2000 kaarsen. De stroom, die hiervoor nodig is, wordt opgewekt door een Smit dynamo die in 1881 aan de fabriek van de firma Bakker & Co wordt geleverd.
In 1882 komt neef en jeugdvriend Adriaan Pot afgestudeerd als ingenieur terug uit Engeland. Adriaan Pot is verloofd met zijn zuster Wendelina Smit en wordt later ook zijn zwager. Willem is dan 20 jaar. Hij associeert zich met Adriaan Pot met als doel hun jongensdroom te vervullen, een eigen bedrijf.
De oprichting van zijn bedrijf “Electrisch-Licht-Machinen fabriek”
Op 01 november 1882 wordt de akte opgemaakt waarmee de firma "Electrisch-Licht-Machinen Fabriek Willem Smit & Co” een feit is geworden. Het bedrijfskapitaal wordt door de familie in de vorm van leningen bij elkaar gebracht en oudoom Fop Smit stort het grootste deel, HFL 30.000,-.
De vennootschap heeft als doel: “het fabriceren van materieel voor electrische verlichting en het exploiteren van electrischlicht toestellen en verwante artikelen.”
Op 09-11-1882 krijgt hij tekenbevoegdheid voor de firma. Omdat Willem nog minderjarig is wordt voor hem een meerderjarigheidsverklaring aangevraagd, die hem bij beschikking van de Hoge Raad der Nederlanden wordt verleend op 15 september 1882.
Oprichting Smit Slikkerveer, Algemeen Handelsblad 2-11-1882.
Op deze 3 unieke foto's zien we links en rechtsboven de hang booglamp van Willem Smit in de fabriek van zijn oom Jan Diepeveen in Kinderdijk, (Diepeveen, Lels en Smit). De booglampen zijn geplaatst tussen 1880 en 1882. De datering van de foto's links: (1880-1900), rechts 1920. Onder 1920, Bron: Historische Vereniging West Alblasserwaard./ Regionaal Archief Dordrecht/ Familie Smit.
Met het bedrijfskapitaal van zijn familie wordt grond gekocht en in hetzelfde jaar begint de bouw van zijn fabriek die in 1883 gereed komt. De eerder genoemde P. Kooiman wordt de eerste medewerker van zijn bedrijf. Tussen 1882 en 1900 houdt men zich hoofdzakelijk bezig met elektrische verlichting, elektrische toestellen, dynamo’s en stoommachines. Na 1900 wordt het productassortiment uitgebreid met generatoren en transformatoren die hun toepassingen vinden bij elektrische centrales, fabrieken, schepen, mijnen, gemalen enz.
"Art impression" van de fabriek van Willem Smit in Slikkerveer in 1888. Bron: Eigen Haard (1888), Brush HMA Ridderkerk
De Electrisch Licht fabriek van Smit Slikkerveer in 1883 (Bron: Jubileumboek 100 j. bestaan).
Tot aan 1900 zijn er een viertal bedrijven die elektrische installaties en verlichting leveren, waaronder het bedrijf van Willem Benjamin Smit, maar hij is de enige die dit doet op eigen houtje, zonder buitenlandse hulp of concessies en daarmee kan hij gezien worden als de enige echte pionier op elektrotechnisch gebied in Nederland.
Willem Benjamin Smit en compagnon Adriaan Pot (1882).
Reclame maken voor het bedrijf
De fabriek is nu opgericht, maar hoe breng je de materialen aan de man en hoe maak je in die tijd reclame ? Natuurlijk door advertenties in kranten, maar elektrisch licht is een nieuwigheid en nog vrij duur. Bedrijven zijn zeer geïnteresseerd, maar nog terughoudend, ondanks het feit dat door de uitvinding van de gloeilamp (Edison), de vele problemen met booglampen zijn opgelost.
Willem heeft dan een geniaal idee, hij maakt een mobiele elektrische installatie (de locomobiel) en trekt hiermee door het hele land. Hij bezoekt in 1883 de landbouwtentoonstelling in Wageningen en later dat jaar de Wereldtentoonstelling in Amsterdam. Daar showt hij zijn ”elektriciteitsmachine”. Dit is een bezienswaardigheid die grote belangstelling trekt en het komt in alle kranten te staan.
Hierdoor krijgt hij vele opdrachten. In Rotterdam wordt een kerk elektrisch verlicht en de salon-raderstoomboot van rederij Fop Smit is het eerste passagiersschip op de Europese rivieren dat elektrisch wordt verlicht, aangedreven door een dynamo met gloeilampen van Willem Smit. De feestelijke inwijding met invloedrijke personen uit de Rotterdamse industrie zorgen voor zeer veel aanvragen voor scheepsverlichtings installaties zoals o.a. van Maatschappij Zeeland voor verlichting op 3 stoomboten, diverse orders van de Koninklijke Marine voor schepen, torpedoboten e.d. voor de oorlogsindustrie. Het grootste project wordt de verlichting van de S.S. Rotterdam van de Holland Amerika lijn in 1886. Het schip word voorzien van 200 Edison gloeilampen en een sterke booglamp, waarvoor de energie opgewekt wordt door een Smit-dynamo. Willem gaat als een soort monteur mee naar Amerika met als hoofddoel Edison te ontmoeten, maar natuurlijk ook voor de publiciteit. De belangstelling voor zo’n groot elektrisch verlicht schip is zowel in Rotterdam als in New York enorm.
Eind 1883 voorziet hij de chique biljartzalen en buitenreclame van hotel Coomans in Rotterdam van elektrische verlichting d.m.v. zijn mobiele elektriciteitsmachine, die dient daarbij als voeding. Opmerkelijk is dat korte tijd later Hotel Coomans zelf ook elektriciteit gaat leveren aan naburige gebouwen.
Prentbriefkaart Grand Hotel Coomans rond 1900. Bron: Archief Rotterdam. In de eetzaal onderaan zie je een lamp die weer vol met kleinere lampjes hangt, waarschijnlijk van Smit evenals de 8 booglampen die te zien zijn linksboven aan de aan de voorkant van het gebouw (onder de bogen).
De lamp hing in het midden boven de Hoofdsteeg en was d.m.v. een ijzerconstructie bevestigd aan het dak van Hotel Coomans en een winkelhuisdak aan de overkant van de straat. De installatie verlichtte bovendien de Hoofdsteeg met een kolossale booglamp van 3500 'kaars'.
Dit was de eerste belangrijke elektrische verlichtingsinstallatie in Rotterdam. Men vond het licht bij Hotel Coomans een wonder. De dichter-zanger Chretieni droeg het volgende gedicht voor:
De Hoofdsteeg ingeloopen,
O wonder vreemd gezicht,
Daar hangt me tussen de huizen,
Een groote flesch met licht,
Door lang er naar te kijken,
Je wordt er akelig van,
Nee - een vetkaars brandt veel beter
Bij ons in Zwammerdam.
In de kranten van 21-06-1884 verscheen het volgende bericht:
De electrische booglamp in het midden der Hoofdsteeg alhier die sedert enkele dagen zeer de aandacht der voorbijgangers trok, heeft gisteravond voor de eerste maal gebrand. Volmaakt was het licht nog niet, daar het aan trillingen onderhevig was. Trouwens naar den eersten avond kan men moeilijk een oordeel vellen, daar juist dan de kleine gebreken voor den dag komen, die voor herstelling vatbaar zijn. Een talrijke menigte bewoog zich den ganschen avond in de straat en tegen half tien was de toevloed zoo sterk, dat het publiek verzocht moest worden rechts te houden, teneinde de circulatie niet te belemmeren.
Nog een reactie van de hoteleigenaar nadat hij een aantal jaren met de Smit installatie had gewerkt.
Rotterdam, 02-12-1891
Den Heeren Willem Smit & Co.
Slikkerveer.
L.S.
Het is mij aangenaam U te berichten dat de door U bij mij daargestelde installatie voor Electrische verlichting vanaf einde 1883 tot op heden volkomen goedkeuring wegdraagt en dat de door U geleverde dynamo;s ten gebruike der p.m. 500 lichten mijn inrichting zeer aanbevelenswaardig zijn.
w.g.A. Koene
(Grand Hotel Coomans).
Het succes van de door Willem Smit aangelegde installatie van Hotel Coomans moet voor een belangrijk deel worden toegeschreven aan de lagere distributiekosten. Hotel Coomans had geen lange dure grondkabel zoals de NEM, maar voorzag haar buren van elektriciteit met behulp van korte geleidingen langs de huizen (1887). Deze installatie functioneerde tot 1895 toen de gemeente de levering van elektriciteit overnam.
Patent op een Dynamo Electric Machine
Op 22 september 1885 krijgen Willem Benjamin Smit en Adriaan Pot een Amerikaans patent op een door hen ontwikkelde "dynamo electric machine".
De bewuste dynamo met een tekening waarop patent werd verleend in 1885. Bron: Archief Brush HMA Ridderkerk.
Verlichting in strafgevangenissen
Tussen 1884 en 1886 bouwt Willem Smit de complete installatie t.b.v. de verlichting voor strafgevangenissen in Den-Haag, Arnhem, Breda en Scheveningen. Dit zijn de eerste gevangenissen voorzien van elektrisch licht in Nederland. Hij leverde daarvoor de stoommachines, de dynamo’s en de booglampen. Dit betekent de definitieve doorbraak in Nederland.
2 foto's van de koepel gevangenis in Breda uit 1886 met geheel links de felle lichten van (boog) lampen van Smit. Bron: archief Arnhem.
Bron: De Standaard 24-11-1884
De eerste particuliere elektriciteitscentrale van Nederland
In 1886 wordt in Kinderdijk een begin gemaakt met de bouw van de elektrische (blok)centrale nabij waterschap de Nederwaard met als doel het leveren van elektriciteit aan particulieren. Willem, die ook aandeelhouder van deze centrale is levert o.a. de dynamo’s. De centrale in Kinderdijk wordt op 19-04-1886 geopend. De elektrische centrale ontstaat op verzoek van de plaatselijke fabrikanten, maar al gauw bekijkt men de mogelijkheid om particuliere woonhuizen aan te sluiten. Dit gebeurt en daarmee worden naast bedrijven en straten ook 295 woonhuizen in de buurt van elektrische verlichting voorzien. (Nieuw Lekkerland, Alblasserdam en 4 jaar later ook Krimpen aan de Lek). Tijdens de aanleg van de kabel in Krimpen aan de Lek komt men echter 3 meter te kort. Willem laat dan de tuin van zijn nicht, Mevrouw Boogaerdt-Smit (zonder toestemming) opgraven om zo de kabel aan te kunnen sluiten. Ook grappig te vermelden is dat toen een zekere Jan Smit (niet die uit Volendam) een liftconstructie in zijn huis liet aansluiten op de centrale, men wist precies wanneer dhr. Smit naar bed ging, omdat de lampen dan half doofden. Deze problemen worden allemaal opgelost en de centrale heeft naar tevredenheid gewerkt tot 1915 waarna het GEB Dordrecht de leveranties van stroom overnam. Klik HIER voor meer informatie over de eerste elektriciteitscentrale in Nederland.
Links de villa van Jan Smit scheepsbouwer, raadslid en ambachtsheer van Nieuw Lekkerland. Deze villa werd in 1886 aangesloten op de elektrische centrale van Kinderdijk en had behalve elektrische verlichting ook een elektrische liftconstructie in zijn huis.Rechts het schakelpaneel zoals deze in dit soort huizen werd geplaatst door Willem Smit. De datering van de foto's (1886-1900). Bron: foto links: Collectie Kees van den Heuvel / Historische Vereniging West Alblasserwaard. Foto rechts: Archief Brush HMA Ridderkerk.
De eerste elektrische centrale van Nederland die ook aan particulieren leverde (1886) Bron: archief Brush HMA Ridderkerk.
De eerste gemeentelijke elektriciteitscentrale van Nederland (eerste straatverlichting)
Nijmegen is in 1886 de eerste stad die met elektrische straatverlichting gaat werken. Willem levert een gelijkstroomgenerator, 10 straatlantaarns, booglampen en lantarenpalen. In het ketelhuis van de Gemeentelijke waterleidingsgebouw krijgt deze installatie een plekje. Dit heeft als voordeel dat het bestaande personeel de machine kan bedienen. Er wordt een ringvormige ondergrondse leiding gelegd vanaf de kleine centrale naar de 10 straatlantaarns aan de Waalkade en zo wordt Nijmegen als eerste stad in Nederland van elektrische straatverlichting voorzien.
Bron: Gelderlander 12-05-1886
De (in serie geschakelde) straatlampen zijn tuimelbaar zodat men de zgn. koolspitsen gemakkelijk kan vervangen.
Er is weer veel belangstelling voor deze installatie en de kranten staan er vol van. De burgemeester is vol lof over de installatie. In 1893 wordt deze nog een keer uitgebreid met 15 booglampen , waarvan een groot deel t.b.v. het nieuw gebouwde Centraal station in Nijmegen. Deze kleine centrale doet dienst tot 1908, dan neemt de pas opgerichte Gemeentelijke Elektriciteit Centrale Nijmegen het over en gaat ook aan particulieren leveren. In 1888 realiseert hij de elektrische verlichting op centraal station Amsterdam en een jaar later voert hij hetzelfde kunstje uit voor centraal station Venlo.
Electrische verlichting aan de waalkade. Zie tuimellantaarn aan de linkerkant. Fabricaat Willem Smit Slikkerveer 1886.
Klik HIER voor een artikel uit de Holec Krant (1981) waarin dieper op de tuimellantaarn en de elektrische verlichting in Nijmegen wordt ingegaan. (pdf-document 2 mb). Mocht iemand nog een ansichtkaarten of afbeeldingen hebben met daarop deze tuimellantaarn, graag opsturen naar mijn email adres: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
Foto van de gelijkstroomgenerator t.b.v. de eerste elektrische centrale in Nijmegen (1886). Bron: archief Brush HMA Ridderkerk
Foto links: Hanglamp gebruikt m.b.t. de electrische straatverlichting in Nijmegen 1886. (zie het logo van Willem Smit & Co) .Foto rechts: compressor van Smit zoals deze te zien was in de eerste elektrische centrale in Nijmegen in 1886 in het Waterleidinggebouw. Bron: Regionaal Archief Nijmegen.
Dit is volgens mij de enige foto van de allereerste elektrische centrale in Nijmegen (Nieuwe marktstraat nummer 8 ) waarop niet alleen machines staan, maar ook een blik in de machinezaal wordt gegeven. Geheel links zien we de booglichtdynamo, waarvan ook een tekening beschikbaar is (foto hieronder). De foto stamt uit 1893 toen er uitbreidingen plaats vonden aan de eerste installatie van Willem Smit omdat er nog 15 lichtpunten bij kwamen (booglampen bij het zojuist gebouwde station en nog enkele (tuimel)lantaarnpalen in de stad . Bron (voorzien van een duidelijke omschrijving en jaartal): archief Brush HMA te Ridderkerk.
In augustus 1885 vestigde Willem Smit de aandacht op zich van de Nijmeegse gasfabriekcommissie door het opsturen van o.a. deze pentekening van een booglichtdynamo.
Een artikel uit de Gelderlander van 1886 met een verwijzing naar het blad "Eigen haard". In 1879 wordt de waterleiding toegevoegd aan de gemeentelijke gasfabriek in Nijmegen. Klik hier voor meer informatie over de Gemeente Gasfabriek en Waterleiding in Nijmegen. De kabel voor de elektrische verlichting gaat dus vanuit de Gasfabriek de hele stad door, richting Waalkade en komt weer terug (ringleiding) bij het waterleidingsgebouw, waar de stoommachine staat die de dynamo's aandrijft en zo de verlichting mogelijk maakte. Er stonden dus installaties in zowel de gasfabriek als in het waterleidingsgebouw bij de gasfabriek.
Onderwijs
Nederland kent rond 1890 geen opleiding voor elektrotechnische ingenieurs, in tegenstelling tot een aantal ons omringende landen. Hier komt verandering in nadat in 1893 het Koninklijk Instituut voor Ingenieurs (KIVI) met (ere)lid Willem Benjamin Smit, de opening van het dynamolokaal van de Technische Universiteit te Delft gaat bezichtigen. De middelen voor dit soort onderwijs zijn ondermaats, en na zijn bezoek schrijft hij het volgende:
"Dat wanneer aan onze Polytechnische School voldoende hulpmiddelen voor het onderwijs in de Electrotechniek beschikbaar worden gesteld, hierdoor de Elektrotechnische Industrie zal zijn gebaat en zal worden voorkomen dat Nederlandsche Electrotechnische Ingenieurs zullen ontbreken."
Zijn bijdrage is de schenking van een aantal demonstratiedynamo’s, die worden opgesteld in het leslokaal. Samen met het met het aanstellen van beroemde hoogleraren C. Feldmann en G.J. van Swaay komt het hoger elektrotechnisch onderwijs in Nederland hiermee op een veel hoger niveau te staan. Na een elektrotechnische tentoonstelling in 1905 krijgt men ook nog van andere bedrijven materialen en de opleiding tot elektrotechnisch ingenieur gaat in hetzelfde jaar van start.
Willem Smit is trouwens het enige lid van het KIVI (met daarin de kopstukken van de Nederlandse elektrotechniek), die geen ingenieur is en vrijwel ongeschoold. Dit geeft goed weer wat zijn status in die tijd al is. Een pionier op elektrotechnisch gebied die een groot aanzien heeft, zelfs bij de beste ingenieurs van ons land.
De Electrisch Licht Fabriek van Smit Slikkerveer in 1895 (Bron: De Ingenieur 23-09-1911)
Grootste overzeese order voor Nederlands Indië (Tandjong Priok 1893)
In 1893 krijgt Willem Smit de opdracht van het ministerie van Koloniën om de bestaande elektrische verlichting van de haven bij Tandjong Priok in het voormalige Nederlands Indië, flink uit te breiden en te moderniseren. Dit is tot dan toe de grootste overzeese order die men binnen krijgt en een project van formaat. Aanleiding daarvoor is de avonddienst die word ingevoerd op de spoorlijn Batavia - Priok en de ontstane behoefte aan elektrische verlichting. Tandjong Priok word daarmee (in die tijd) één van de modernste havens ter wereld. Smit levert 186 booglampen en 60 gloeilampen en vrijwel alle elektrische machines die nodig zijn voor uitbreiding van de elektrische centrale van Tandjong Priok. Voor meer info over dit project klik HIER.
De opening van de elektrische centrale in Tandjong Priok (Nederlands Indië) Bron: archief Brush HMA Ridderkerk.
De eerste transformator / Wereldtentoonstelling Parijs 1900
Het bedrijf groeit gestaag. In 1888 heeft men al 135 dynamo’s verkocht en ongeveer 100 werknemers in dienst. In 1900 krijgt hij de geweldige opdracht om het gebouw voor de expositie van elektrische toepassingen te verlichten van de Wereldtentoonstelling in Parijs. Dit is op dat moment de grootste technologiebeurs van Europa. Alle bekende bedrijven uit die tijd zijn daar vertegenwoordigd. Het feit dat zijn bedrijf de opdracht krijgt om dit gebouw te verlichten geeft natuurlijk ook aan dat hij, hoe klein zijn bedrijf in verhouding met buitenlandse bedrijven ook is, internationaal aansluiting heeft gekregen. Zijn bedrijf wordt op deze tentoonstelling onderscheiden met een gouden medaille. Op deze tentoonstelling toont hij voor het eerst de door hem ontworpen transformator.
De stand van Smit Slikkerveer op de wereldtentoonstelling in Parijs in 1900 met dynamo's maar ook de eerste (in Nederland) ontworpen transformator. Bron: Brush HMA Ridderkerk.
Uitbreidingen
Door diverse uitbreidingen binnen het bedrijf heeft men in 1911 al 300 personeelsleden in dienst. In Slikkerveer en de omliggende dorpen is een groot gebrek aan woonruimte voor zijn personeel. Willem stort geld in een Coöperatieve bouwvereniging en die zorgt voor voldoende woningen.
Medeoprichter van het I.E.C. in 1906
Tijdens het bijwerken van de biografie van Professor Clarence Feldmann kwam ik erachter dat Willem Smit betrokken is geweest bij de oprichting van het I.E.C. en is daardoor nog belangrijker geweest voor de Nederlandse elektrotechniek dan ik al dacht.
De Ingenieur 1907
Op 26 en 27 juni 1906 was Willem Smit samen met Professor Clarence Feldmann afgevaardigde (via het Koninklijk Instituut van Ingenieurs (KIVI) bij de oprichting bijeenkomst van het International Electrotechnical Commission (I.E.C.) in Londen. Op de onduidelijke foto zien we Willem Smit (2e van links) en Professor Feldmann rechts daarnaast. Enkele jaren later in 1911 was hij ook betrokken bij de oprichting van de Nederlandse variant van het I.E.C. het Nederlands Elektrotechnisch Comité (N.E.C).
Wat is nu eigenlijk het I.E.C ?
De International Electrotechnical Commission, kortweg IEC, gevestigd in Genève in Zwitserland, ontwikkelt en publiceert algemene internationale normen voor elektrische componenten en apparatuur. De IEC stelt voor en ontwikkelt, maar is niet verantwoordelijk voor het toezicht op de naleving van deze normen. Dit vindt veelal plaats door een onafhankelijk testlaboratorium. In Nederland worden de normeringen van het IEC uitgegeven door het Nederlands Normalisatie-instituut (NEN). Bron: Wikipedia.
Bron: I.E.C. Founding Meeting 1906.
Oprichting fabriek Smit Dordt/EMF Dordt
Willem voorziet dat de elektriciteitsopwekking centraal geregeld zal gaan worden en dat de overheid hierin een rol gaat spelen. Daarvoor is een elektrotechnische industrie in Nederland noodzakelijk. En als het al zover zou komen dat grote centrales, dorpen en steden van stroom en verlichting gaan voorzien, ontstaat er een grote markt voor (draaistroom) generatoren (de vroegere dynamo’s) en transformatoren Daarom wil hij in 1900 seriematig elektromotoren gaan produceren en daarvoor een samenwerkingsverband aangaan met een zekere Hofstede Crull , die in Borne een elektrotechnisch bedrijf heeft. Crull is enthousiast, maar zijn compagnon Willem Willink wil van samenwerking niets weten. In 1908 richten zij het bedrijf Heemaf op, wat dan een geduchte concurrent wordt.
Het eerste gebouw Willem Smit & Co's Electromotorenfabriek Dordt aan de Parallelweg 5a-7 te Dordrecht in 1911. Bron: archief Holec Historisch Genootschap.
In het zelfde jaar bouwt Willem Smit zijn eerste 3 fasen (draaistroom) vermogens transformator. Dit is de eerste in zijn soort gebouwd in Nederland.
Zijn idee om seriematig motoren in productie te fabriceren kan hem niet loslaten en omdat hij in Slikkerveer niet genoeg ruimte heeft zoekt en vind hij dit in Dordrecht. Hier richt hij 03-04-1911 een nieuwe fabriek op, “NV Willem Smit & Co’s Electromotorenfabriek” met een startkapitaal van HFL 200.000,- Ook dit bedrijf draait erg goed, waardoor er al gauw uitbreidingen plaats vinden.
Oprichting fabriek Willem Smit & Co’s Transformatorenfabriek N.V. (Smit Transformatoren)
In 1908 begint men in Slikkerveer officieel met de productie van transformatoren. Vanwege de toenemende vraag naar elektriciteit neemt de vraag naar transformatoren zo snel toe dat men al gauw ruimte te kort komt. Even wordt overwogen om de transformatorenfabricage op te geven om zo de andere producten voorrang te geven, maar Willem vraagt aan Ir .Th. Rosskopf, de baas van de transformatorenafdeling, om een geschikte locatie te gaan zoeken voor een nieuw te bouwen transformatorenfabriek. Rosskopf zoekt en vindt dit in Nijmegen, waar een stuk grond wordt gevonden wat zeer gunstig gelegen is aan het spoor en vlakbij het water. Op 09-11-1913 wordt Willem Smit & Co’s Transformatorenfabriek opgericht met een startkapitaal van HFL 500.000,- . Ir. Th. Rosskopf wordt samen met Ir. A.J. Bergsma directeur van deze fabriek. De fabriek heeft Rosskopf weinig gekost. Al het materiaal van de fabriek in Slikkerveer kreeg hij gratis mee en voor de aankoop van de grond en gebouwen kreeg men ook nog financiële steun van Smit Slikkerveer. Uit diverse afdelingen binnen dit bedrijf ontstaan later nog een aantal thans zelfstandige ondernemingen waaronder Smit Draad, Smit Ovens, Smit Weld , Smit Gasgeneratoren e.a.
De fabriek van Smit Transformatoren aan de Groenestraat 336 in 1913. Op 02-05-2013 bestond Smit Transformatoren 100 jaar. Bron: archief Stichting Willem Smit Historie Nijmegen.
Willem Smit trekt zich terug
In 1913 had Willem Smit dus heel wat bereikt, een fabriek voor speciale machines in Slikkerveer, een motorenfabriek in Dordrecht en een transformatorenfabriek in Nijmegen. Zijn tomeloze werklust komt zorgt voor een verslechtering van zijn gezondheid en in 1914 trok hij zich terug uit de directie, om nog als commissaris en adviseur op de achtergrond het bedrijf te steunen ( tot 1947). Hij is ook lange tijd commissaris van Smit Dordt (EMF Dordt) en Smit Nijmegen. Vanaf 1914 neemt mede oprichter Adriaan Pot de leiding in Slikkerveer over. Willem gaat zich toeleggen op zijn hobby’s schilderen en het componeren van muziek.
Artistiek talent
Willem heeft al vroeg belangstelling voor tekenen. Zijn vader is een aardige kunstschilder en hij heeft duidelijk het talent van zijn vader. Ook een aantal familieleden heeft zich als kunstenaar ontwikkeld. Door zijn drukke leven als industrieel en zakenman heeft hij nooit de kans gehad om dit verder te ontwikkelen. In 1914 neemt hij lessen bij de Rotterdamse schilder George Plesser. Hij ontwikkelt zich verder en sluit zich later aan bij een kunstenaarsgroep die zich de “Ridderkerkse Kring” noemt.
In de tuin van zijn villa aan de Ringdijk laat hij een atelier bouwen (Plan 1913). Hier kan hij zich in alle rust terugtrekken om zich in de kunst te verdiepen. Zijn schilderstijl is naturalistisch impressionistisch.
Willem Benjamin Smit in zijn atelier/werkruimte achter de piano en spelend op de viool. Op de achtergrond hangen enkele van zijn schilderijen (1945). Bron: Paul Asselbergs
Tussen 1920 en 1947 exposeert hij 3 keer met zijn schilderijen.
Willem had verder een grote belangstelling voor zeilen, toneel, cabaret en muziek. Hij kwam zo in contact met een dichter, zanger en tekenaar Koos Speenhof wat resulteert in het schrijven van liedjes voor deze artiest. Vervolgens componeert hij walsen en marsen die hij op zijn vleugel speelt. Zijn bekendste muziekstukken zijn :
• “De Edisonmarsch” (ter gelegenheid van de Edison lichtweek in 1929). Deze mars wordt ook op de radio uitgevoerd door muziekvereniging “ Harmonie” te Slikkerveer.
• “De Electromarsch” (1934). Deze wordt gespeeld in Hotel Coomans waar het 50 jaar geleden is dat hij dit Hotel elektrisch verlicht heeft.
Op 20 augustus 1950 overlijdt Willem Benjamin Smit, pionier en de grondlegger van de elektrotechniek in Nederland. Twee jaar later wordt zijn zoon Frank directeur van Smit Slikkerveer. Hij geeft leiding aan het bedrijf tot 1966 en is daarmee de laatste “Smit” in de directie van Smit Slikkerveer. In 2007 viert Smit Slikkerveer (Brush HMA) het 125 jarig jubileum. In 2013 bestaat Smit Transformatoren 100 jaar en 2 jaar later heeft Smit Draad die eer.
Op 20 augustus 1950 overleed Willem Benjamin Smit. Th. Rosskopf, directeur van Willem Smit & Co's Transformatorenfabriek schreef een memoriam in de Smit Mededeelingen.
Overlijdensakte gemeente Ridderkerk 20-08-1950
Enkele eerbewijzen die Willem Smit ten deel vielen waren:
• 1883 Gouden medaille Wereldtentoonstelling Amsterdam.
• 1900 Ridder in de Orde van Oranje Nassau.
• 1900 Gouden medaille bij de Wereldtentoonstelling in Parijs.
• 1910 Leopoldsorde. bij de Wereldtentoonstelling in Brussel.(zie foto rechts).
• 1932 de bronzen "Plaquette de Groot" als grondlegger van de elektrotechnische industrie in Nederland.
Conclusie
Willem Benjamin Smit was een bijzonder getalenteerd mens en één van de belangrijkste pioniers op het gebied van de elektrische energietechniek in Nederland. In 1878 werden in Parijs de eerste elektrische booglampen opgehangen en vanaf die tijd experimenteerde hij met dynamo's en booglampen zodat hij rond 1880 de fabriek van zijn vader kon verlichten. Hij was dus een echte pionier in een tijd dat alles nog uitgevonden moest worden innoveerde hij zonder opleiding vanuit zijn gave én zonder hulp van grote buitenlandse bedrijven. Hij had een vooruitziende blik en was op zijn gebied overal steeds de eerste. Het zegt genoeg dat een zekere Dr. A.F. Philips vroeger bij hem lampen kocht, het product waar Philips later zelf zo bekend mee werd. Ook grote bedrijven als b.v. Unilever zijn in de begin periode door Willem Smit elektrisch verlicht. Verder heeft hij een aantal prachtige bedrijven nagelaten die grote bijdragen hebben geleverd aan de ontwikkeling van de Nederlandse industrie.
Rudo Hermsen
Links: bron: NRC 14-11-1932 , rechts het bewuste plaquette dat Willem kreeg in 1932. Bron: De Ingenieur 1932
Originele foto Willem Benjamin Smit in lijst. Bron: Stichting Willem Smit Historie.
Publicaties
Er zijn niet veel publicaties bekend, wel een aantal over elektrotechniek en zijn bedrijf die hij rond 1900 in het Londense weekblad “Engineering” publiceert en wereldwijd verspreid worden.
Archieven
Archief Brush HMA (Smit Slikkervee)r / Smit Transformatoren / Smit Draad
Holec Archief (HHG Willy Ahlers)
Gemeentearchief Ridderkerk / Nijmegen.
HCO Overijssel.
Techniekmuseum het Heim
Literatuur
Holec Post (electronieuws 1975)
Diverse krantenartikelen uit de NRC, het Vaderland en de Gelderlander
Smit Mededelingen
De Ingenieur 1881-1950
Electrotechniek (1900 – 1940)
100 Energieke jaren Smit Slikkerveer (J. Hoek).
Mens en bedrijf 75 jaar Smit Slikkerveer 75 jaar (Ger. H. Knap)
W. B. Smit door J.C. Smelik.
Publicatie T.U. Delft.
De eerste elektrische centrale in Nederland (NKF Kabel, J. de Ruiter)
Ondernemers in Nederland 1850-1950
De geschiedenis van de techniek in Nederland, H.W. Lintsen
Historische websites:
Website: www.willemsmithistorie.nl
Website: www.holechistorie.nl
Reacties mogelijk gemaakt door CComment