Voor de koppeling tussen Rotterdam en Den Haag op 150 kV niveau werden rond 1940 52.5 MVA transformatoren ingezet, in die tijd in alle opzichten de grootste transformatoren ooit door Smit Transformatoren gebouwd. Voor meer details klik hier en hier.
De foto's tonen vooral het vaak moeizame transport. De foto hierboven toont de eindbestemming, bedrijfsvaardig opgesteld in een cel, hoogstwaarschijnlijk aan de "Haagse " kant dwz. het 150 kV station aan de Von Geusaustraat in Voorburg (op de grens met Den Haag), later van EZH,TZH en thans TenneT.
Deze cel had een dicht dak, de 150 kV doorvoeringen zijn op zgn. verlengde dommen geplaatst en steken door het dak heen. De witte kegels op de celwand aan weerszijde van de transformator zijn waarschijnlijk de steun-isolatoren van de scheiders, aarders en aansluitingen voor de 25kV (secundair) en 10 kV (tertiar) aan de transformator. Helaas ontbreekt ons een lay out van cel uit die tijd. De cel kon met een deuren voorzien van koellucht inlatende roosters aan de voorzijde afgesloten worden (niet op de foto zichtbaar). Deze foto verscheen pas in 1963 als illustratie bij een reeds veel eerder door Rosskopf geschreven artikel over " Bepaling van luchtbewegingen in gesloten transformatorruimten" uit 1914.
Dit was een thema waaraan veel aandacht besteed werd, men moest immers weten of de koellucht inlaat- en uitlaatroosters dusdanig gedemsioneerd waren om de warmte ontwikkeling veroorzaakt door het nullast- en vooral kortsluitverlies voldoende te kunnen afvoeren, opdat de transformator niet bloot gesteld werd aan levensduur verkortende oververhitting.
Een moeizaam transport in 1941
Erik de Vries.
Reacties mogelijk gemaakt door CComment